VroegeVogelsWandeling
Mossen en korstmossen


Mossen en korstmossen

Eikenmos
februari 2025
©foto: Mirjam Romijn

Wandeling februari 2025

Inclusief twee laatkomers stonden er circa 35 mensen -waaronder een aantal van Scouting Nederland verblijvend op het Naaldenveld- klaar op een frisse zondagochtend bij Pannenland. Vooraf had vogelgids Susan aangekondigd naar de Zwanenplas te lopen, een langere wandeling van wel drie uur. Daar waren krooneenden en andere overwinterende watervogels gesignaleerd. Gids André liep met haar mee.

Er was enige hogere bewolking, met een zwakke noordoostenwind. De temperatuur circa drie graden, dus soms even stevig doorstappen om niet te verkleumen. Huib liep een rondje Oosterduinrel-Beukenlaan-Vinkenveld. Kees ging richting Nieuwkanaal en terug via Pannenland.

Groep Huib: mossen en korstmossen
De winterperiode is naast de gevleugelde wintergasten vooral het seizoen van de (korst)mossen. Die vinden de nattigheid in de winter en hoge vochtigheidsgraad (en licht op de bodem door het ontbreken van gebladerte) de tijd om te gaan 'bloeien'.

Mossen kom je overal tegen: in het bos, maar ook in het open duin. Op zandgrond, om boomtakken maar ook op steen. Dus je hoeft geen drie uur te lopen om ze tegen te komen. Ze hebben geen wortels en moeten alles dus uit de lucht halen. Eikenmos, zoals op de introductiefoto, is net als baardmos een goede bio-indicator van de luchtkwaliteit. Zwaveldioxide vinden ze niet lekker. Eikenmos groeit op de licht zure schors van o.a. eikenbomen. Stikstof (NH3 en NOX) verandert de zuurgraad van de schors: het geschikte biotoop voor eikenmos gaat daardoor achteruit.

Voortplanting bij mossen gaat o.a. via sporen. Die worden gemaakt in zogenaamde sporenkapsels (zie foto hieronder): bruinrode uitsteeksels met een doosje en die zie je vooral in deze wintermaand verschijnen. Mossen zijn mede aan de hand van het sporenkapsel op naam te brengen.

Sporenkapsel van het dikkopmos, ©foto Mirjam Romijn

Buizerd (even dachten we aan een gaai), grote bonte specht, koolmees, vink, winterkoning en boomklever lieten zich duidelijk zien c.q. horen aan de binnenduinrand. De vink ook, maar nog niet met de kenmerkende vinkenslag. De zanglijster hield zich deze ochtend koest, die vond het nog te koud.

Groep Kees: eekhoorns
Kees liep met zijn groep eerst naar de Kijklaan, waar je vanuit de AWD een mooi uitzicht hebt op de achterkant van het Huis te Vogelenzang. Een gouden greep, want al na vijftig meter van de ingang zag een van de deelnemers een eekhoorn. Het bleken er uiteindelijk twee te zijn, die elkaar achterna zaten en totaal geen aandacht hadden voor de groep. Het was prachtig om te zien hoe een van de eekhoorns zich met een zweefsprong uit de voeten maakte, hoog boven de grond.

Toen Kees met zijn groep de Kijklaan opwandelde in de richting van het rustgebied (Graaflandsbergen), zagen ze een tweede stelletje eekhoorns. Ook die waren druk aan het klimmen en afdalen langs de stam van een den. Dat is verheugend na al die jaren waarin de eekhoornstand op een dieptepunt was.

De wandeling ging verder langs de plaats waar vroeger boerderij Panneland stond naar het Nieuwkanaal. Op de helling ten oosten van het kanaal graasden twee damherten met grote geweien. Dat waren de enige twee damherten die de groep deze ochtend zag. Vanaf de duintoppen had de groep goed zicht op het Nieuwkanaal, maar hier waren weinig watervogels. Twee tafeleenden, een eenzaam vrouwtje brilduiker en een groep grote zaagbekken, dat was de oogst aan wintergasten.
Vanaf de bunker langs het Nieuwkanaal, ©foto Joline Koel

Via de akkertjes van Panneland keerde de groep terug naar de ingang, waar de boomklevers nog even lieten zien dat ze net zo goed omhoog kunnen klimmen als omlaag. Het werd al druk met bezoekers, een mooi moment om te eindigen.

Groep Susan/André: wintergasten
De groep van Susan en André kreeg versterking van Ruud, een ervaren vogelaar uit de regio Zuid-Kennemerland, die een telescoop had meegenomen. Thema van deze wandeling was wintergasten en voerde langs de diverse waterwinkanalen naar de Zwanenplas.
Verrekijker, camera en telescoop in de aanslag, ©foto André Dijkstra

Onderweg konden we genieten van onder andere grote bonte spechten, buizerd, torenvalk, graspiepers, winterkoning, 3 paartjes grote zaagbekken, kuifeenden, dodaarzen, brilduikers en ijsvogels.
Dankzij Roos, de jongste deelnemer zien we elke maand wel de ijsvogel. Ook dit keer: bedankt, Roos!

Brilduiker (m), ©foto Susan Dekker

De Zwanenplas was een feest van tientallen krooneenden, tafeleenden, slobeenden, kuifeenden en krakeenden. Alweer dankzij Roos vonden we nog een fraaie vermiljoenhoutzwam op een berkenstam.
Vermiljoenhoutzwam, ©foto André Dijkstra

Met een ruime boog zijn we vervolgens rond de Zwanenplas gelopen naar het Groot Zwarteveld. Omdat we ruim de tijd hadden genomen voor het bekijken van alle vogels, hebben we besloten om Astrids Driftje en het Eiland van Rolvers links te laten liggen en langs de kanalen terug naar ingang Pannenland te lopen. Onderweg werden we nog getrakteerd op een slechtvalk en zowaar een vuurgoudhaantje. 3,5 uur later en bijna 8 kilometer verder hebben we deze geslaagde wandeling geëvalueerd bij de houtkachel van Boshut 't Pannenland.
Speuren naar wintergasten in het Nieuwkanaal, ©foto Mirjam Romijn


Wandelingen voor Vroege Vogels